De Innovation Court laat zien dat innovatie in de strafrechtketen werkt als je ruimte maakt om te experimenteren – mét ondersteuning en strategisch draagvlak!
Het RICteam zag tijdens een recente zitting van de Innovation Court een aantal enthousiaste innovatoren achtereenvolgens het podium nemen om vol vuur hun vernieuwende projecten voor de strafrechtketen te pitchen. Vaak met succes! Het maakte ons nieuwsgierig: lukt het zo om vernieuwing van de grond te krijgen? Wat zijn de werkzame ingrediënten? We gingen hierover in gesprek met Pieter van Riemsdijk, voorzitter van de Innovation Court, en Marijn Colijn, voorzitter van het Innovatieplatform Strafrechtketen (SRK)
Samenwerken om innovatie vleugels te geven
‘Sinds een aantal jaren zijn we als strafrechtketen serieus bezig met betere digitale samenwerking in de keten, en daar hoort steun voor innovatie natuurlijk bij’, zeg Pieter. ‘Al snel kwamen we op het idee om iets op te zetten zoals het televisieprogramma Dragons Den, natuurlijk met een eigen inkleuring. Dat werd de Innovation Court’, eigenlijk de ‘Ideeënbus’ van de SRK. De court is in 2017 gestart om digitale innovatie te versnellen en de samenwerking binnen de strafrechtketen te verbeteren en is nu onderdeel van het Duurzaam Digitaal Stelsel SRK.
Vast format: pitch, besluit en steun?!
De bijeenkomsten van de Innovation Court, ca. 4 x per jaar, zijn speels opgezet als een rechtszitting. De energie en het enthousiasme zijn voelbaar. De ingediende innovaties worden gepitcht tijdens een openbare zitting - dus mét publiek. De ‘court’ bestaat uit vijf deskundigen uit de keten, Pieter zit voor. Samen hebben de vijf SRK- collega’s een aanzienlijk arsenaal aan kennis en ervaring over de verschillende stadia van het strafrechtproces, het op te lossen probleem, de achterliggende techniek én het innovatieproces.
Na de pitches wordt de aanwezige deelnemers op de tribune om een reactie en/of advies gevraagd over het innovatievoorstel en vervolgens trekt de Innovation Court zich terug, net als in een echte rechtszaak, gaat in beraad en doet uitspraak. De voorzitter vertelt dan of, waarom en voor hoeveel financiële ondersteuning het project in aanmerking komt. Het gebeurt ook dat projecten geen financiering ontvangen- bijvoorbeeld als het project nog erg in een verkennende fase is. Dan is de organisatie zelf nog aan zet. De court is bedoeld voor innovaties waar een toepasbaar product uit kan komen. ‘Tegelijkertijd willen we geen ‘té strak beoordelingskader, het is ook maatwerk’, zegt Pieter.
Na de zitting volgt een toekenningsbrief en dan kan het innovatie team aan de slag. Als ze weer een fase verder zijn komen de initiators terug naar de Innovation Court om de resultaten te presenteren. Is het project succesvol en waardevol gebleken, dan volgt een volgende fase, eventueel pitchen de initiatiefnemers dan opnieuw voor steun. Als het project gereed is volgt implementatie en eventueel opschaling. Ook daar probeert de Court bij te helpen.
Voorbeeld: Het Groene Mapje
Binnen de Rechtspraak en het Openbaar Ministerie wordt momenteel het Groene Mapje getest. Doel daarvan is een actueel en integraal persoonsbeeld van een verdachte te creëren op basis van de bestaande gegevens. Pieter: ‘Voordat ik nu, als Rechter, een verdachte zie moet ik door honderden pagina’s heen om een beeld op te bouwen van de persoon. Daaruit filter ik zelf de kern. Bijvoorbeeld of dit de eerste keer is dat iemand in de problemen komt of niet. En wat er eerder heeft gewerkt en wat niet’. Doel van het groene mapje is een rechter en officier van Justitie in één oogopslag een overzicht te geven van deze kerninformatie over een verdachte. Deze informatie komt in een portal rechtstreeks uit de bron en is in samenhang te linken aan type delicten, effectiviteit van interventies en (medische) voorgeschiedenis.
Het idee is met behulp van design-sprints uitgewerkt. De toepassing draagt bij aan snellere en betere besluitvorming in de Rechtspraak en aan een meer persoonlijke en mensgerichte benadering. De eerste reacties zijn positief; opschaling hangt af van de resultaten van de huidige praktijkproef.
Voorwaarden en beoordeling
De Innovation Court biedt innovators uit de aangesloten organisaties een plek om hun ideeën, experimenten en eerste producten te presenteren en er steun voor te verwerven. Denk aan voorstellen van het CJIB, NVWA, de Politie of het NFI. Met bijvoorbeeld innovatieve manieren om het proces van de opsporing of de rechtsgang te verbeteren.
De court beoordeelt de innovaties op meer dan technische nieuwheid; ook bestaande technologie op nieuwe manieren toepassen voegt waarde toe. Elk voorstel moet gericht zijn op digitalisering van de strafrechtketen. Verder moeten er ten minste twee ketenpartners bij betrokken zijn. Het experiment moet vertrekken vanuit een duidelijke hypothese en er moet voldoende beeld zijn van de uitvoerbaarheid ervan. Als laatste maar net zo belangrijk: de innovatie moet kunnen rekenen op bestuurlijk commitment en deelfinanciering van de eigen organisatie. “Wij kunnen het zaadje planten, maar het serieus oogsten, dat moet duidelijk door de organisatie zelf worden gedaan” aldus Pieter.
Doel: goed idee op weg helpen naar impact
De aanpak van de Innovation Court, en de initiatiefnemers van de innovaties die daar op het podium komen is pragmatisch, iteratief en gericht op échte knelpunten in de keten, zoals lange doorlooptijden en informatieversnippering. Innovators zetten methodieken in als design sprints. En om innovatiebehoeften boven tafel te krijgen maken ze gebruik van ‘How might we’-vragen. Dit zorgt voor eigenaarschap, energie en relevantie binnen de ketenorganisaties. De werkwijze is agile, het streven is naar ‘minimal viable products’, dus ‘80% versies’ van wat je uiteindelijk wilt. Deze test je dan snel en laagdrempelig. Werken de oplossingen? Dan gaan we door naar versie 2.
De Innovation Court biedt een gecontroleerde omgeving waar kleine, multidisciplinaire teams kunnen bouwen aan oplossingen die niet alleen technisch werken, maar ook aansluiten bij de juridische werkelijkheid en de leefwereld van mensen. Er is ruimte om in korte tijd werkende prototypes te maken en te testen.
Van push naar pull: innovatie met maatschappelijke urgentie
De Innovation Court is geen losstaande innovatieclub, maar een krachtig instrument om ketensamenwerking ‘in samenhang’ te versterken en publieke waarde te creëren. Marijn legt uit: ‘Het Innovation Court is een van de vier actielijnen binnen de innovatiefunctie van de Strafrechtketen. Naast het Innovation Court is er het Innovatie Platform; het netwerk van innovatie-collega’s uit de gehele strafrechtketen waarmee werksessies en themasessies worden gehouden. Daarnaast zetten we Strategische Innovatiesessies op (SIS). Daarbij staat een ketenvraagstuk centraal en nog niet het idee, zoals bij het Innovation Court. Hoe kunnen we op een innovatieve manier tegen een bestaand of nieuw probleem aankijken? We betrekken altijd ook externen daarbij uit andere sectoren en disciplines. Ten slotte werken we aan het versterken van de persoonlijke innovatie-attitude van medewerkers door het te informeren over de innovaties en ze uit te nodigen mee te doen'.
Nog een paar mooie andere voorbeelden
- TalkTonic. Op AI gebaseerde technologie om vanachter je beeldscherm, tablet of smartphone met een interactieve avatar verhoor- en gesprekstechnieken te trainen. Het is net alsof je met een acteur aan het oefenen bent. Je krijgt zelfs feedback op je gesprek zodat je weet waaraan je nog moet werken.
- Drones met lichttechniek om menselijke botten zichtbaar te maken. Er werd door NFI een vergelijkingsexperiment opgezet: de gebruikelijke methode- veldlopen - werd vergeleken met het prototype drone. Vergelijking met ‘veldlopen’ liet zien: de drone vond 13 van de 15 verstopte botstukken – de menselijke zoekers slechts twee. Veelbelovend voor sneller en efficiënter forensisch werk. ‘Politie-drone met apparatuur vindt botresten op plaats delict veel beter’ - Crimesite
- Vuurwerksnipperherkenning (NFI) - Een tool die snippers analyseert en koppelt aan vuurwerketiketten. Met behulp van AI en een speciaal getraind algoritme kan straks met één snipper herleid worden welk vuurwerk gebruikt is. Uiteindelijk moet dit resulteren in een app die medewerkers van de forensische opsporing kunnen gebruiken in hun werk. Vuurwerkverkenner
- Met AI-opgebouwde documentcheckers. Die kunnen helpen bij het controleren en meta-dateren van documenten en dossiers. Op basis hiervan kunnen vroegtijdig omissies in strafdossiers worden gesignaleerd en hersteld of kunnen dossiers worden geselecteerd die binnen de wettelijke termijn moeten worden vernietigd of juist moeten worden bewaard.